Udenhouts toeristenland

Udenhouts toeristenland (wijze: Lippe Detmund)

• Propagandist ben ik van de toeristenbond
• En ik houd ‘n causerie.
• Vertellen wil ik van een heerlijk plekje grond
• En wel op melodie.
• Maar ge vind het niet in Zwitserland
• Of in Scheveningen aan het strand.
• Aan geen Rijn of aan geen Vecht
• Maar hier in ons gewest.

• In ons Holland ligt het mooie Udenhout
• Het hart van heel de streek.
• In de provincie die Noord Brabant heet
• Of ge dit misschien niet weet.
• Ga van oost naar west, van noord naar zuid
• In den Udenhout daar komt ge uit.
• Het is die uitverkoren plaats
• Die ‘t hart van Brabant draagt.

• Met het fietske of wel met de autobus
• Hoe dat ge er ook komt,
• Stap eens uit en ga eens even in het rond
• Op den Udenhoutse grond.
• En begroet, bezoek eerst Brabants Hoek.
• Hoor het klokje dat u verder roept.
• Tot ge komt aan een mooi tehuis.
• Daar horen de g… thuis.

• Den Biezenmortel is de trots van Udenhout.
• Ook voor de wandelaar.
• Als hij daar het schone der natuur aanschouwt
• In het mooiste van het jaar
• Wordt men bij de ochtendschemering
• Door het koor der vogeltjes omringd.
• Als het avondmaantje straalt
• Zingt nog de nachtegaal.

• In den Udenhout daar is het Boerenverdriet
• Al niet minder van belang.
• Eerlang verrees er nog een klompenfabriek.
• Daar leeft de oude stam.
• En de historie, die ‘t vertellen kan
• Van het ouds bekende klompenland
• Vindt ge daar in het Boerenverdriet
• Draaiend in ene klompenfabriek.

• In den Udenhout moet ge verwonderd staan.
• Hoor mij maar even aan.
• Daar kunt ge ook al hebt ge zonden gedaan
• In den hemel binnengaan.
• De vier uitersten van de mens, jawel,
• Alles vindt ge daar, zelfs ook de hel.
• En wilt ge trouwen op ‘t stadhuis
• Dan komt ge op ‘t kruis.

• In den Udenhout daar is ‘t reuzefijn
• Waar men zich vermaken kan.
• Met zijn bossen, duinen en z’n groene wei,
• Schoner nog dan Amsterdam.
• Missen wij het mooie Rembrandtplein
• Udenhout heeft toch zijn kermisterrein.
• En houdt ge van een boerenmeid
• Kom dan in de kermistijd.

• Propagandist ben ik van de toeristenbond
• En ik spoor u allen aan.
• Komt straks als weder de vakantie komt
• Naar den Udenhout te gaan.
• Ik presenteer mezelf al aan als gids
• Is het donker of licht, het geeft mij niks.
• Ik zal u voeren in het rond
• op mijn geboortegrond.